Sint-Wivinakapel Groot-Bijgaarden

SINT-WIVINAKAPEL GROOT-BIJGAARDEN

locatie: Tegenover de ingang van het Sint-Wivinaklooster, aan het einde van de Sint-Wivinadreef, bevindt zich de Sint-Wivinakapel met ernaast de bron.

Knipsel  wivinakapel  wivinakapel 2

geschiedenis: Boven de toegangsdeur van de kapel staat het jaartal “1660” wat kan wijzen op de eerste stenen kapel die op deze locatie stond. De kapel, in de 18de eeuw nog op grondgebied Sint-Ulriks-Kapelle, is meermaals aangepast en de steen met inscriptie “Emmanuel / Desferrieres / le 24 d’aout / 1808” geeft waarschijnlijk de aanpassingen weer die onder de toenmalige eigenaar van de abdij, Emmanuel Desferrieres, werden uitgevoerd. Een tweede steen met inscriptie: “G.H.D.F. / anno / 1880 / S. Wivine” wijst ook op de grondige aanpassingen in dat jaar. Sinds de inventarisatie uit de jaren 1970 is ze nogmaals gerenoveerd. Een foto van begin 20ste eeuw (bewaard in het gemeentearchief) geeft de kapel bepleisterd weer met schijnvoegen en een aangebouwde luifel onder zadeldakje. Deze bepleistering en de houten luifel werden in 1976 verwijderd. De kapel is elk jaar het einddoel van de Sint-Wivinaprocessie op de eerste zondag van mei.

SINT-WIVINA PROCESSIE

tijdstip: Jaarlijks, eerste zondag van mei. In de pare jaren trekt de processie van de Sint-Egidiuskerk naar de kapel van de Heilige Wivina. In de onpare jaren is er een bidtocht.

algemene info: Met de Wivinaprocessie eert de Sint-Egidiusparochie de Heilige Wivina, die in Groot-Bijgaarden een kloostergemeenschap oprichtte die de regel van de heilige Benedictus volgde. De oprichting in 1812 van een broederschap van de H. Wivina in de parochiekerk van Groot-Bijgaarden ligt aan de basis van de Wivinahoogdag en -processie.

Wivina werd al kort na haar dood in de twaalfde eeuw heilig verklaard. De eerste processie die aan haar opgedragen werd, dateert ook uit die tijd. Tegenwoordig nemen aan de processie praalwagens, groepen en figuranten deel.  In de processie wordt de geschiedenis van de heilige Wivina beschreven.

verloop processie:

Wivina wordt geboren in een adellijk geslacht.

Volgens de legende zou Wivina omstreeks 1103 geboren zijn in een adellijke familie in Oisy (Frans-Vlaanderen). Ze zou een bevallig meisje zijn geweest, die door haar neef Richward ten huwelijk was gevraagd. Wivina had echter andere plannen met haar leven en wees hem af omdat ze liever een leven van kuisheid en in dienst van God wilde leven.

Wivina gaat op zoek naar God.

In 1127 ontvluchtte Wivina samen met haar gezelschapsdame en zielsgenote Emwara het ouderlijk huis, op zoek naar God.  Via omzwervingen door het beboste Vlaanderen, komt zij in de Benedictijnerabdij in Affligem terecht.  Na een kort verblijf daar, trekt Wivina verder op zoek naar afzondering.

Wivina bouwt een kluis te Bijgaarden.

In het toen nog onherbergzame Bijgaarden, aan de voet van de Vallenberg vond Wivina een bron. Het was aan deze bron dat Wivina een eenvoudige kluis bouwde, niet meer dan een eenvoudige hut van takken.  Het is op deze plek dat eeuwen later de Wivinakapel werd gebouwd.

Wivina’s geloofsleerlingen.

Lang konden Wivina en Emwara hun godgewijd leven niet verborgen houden.  Al gauw kwamen er vrouwen hen vervoegen en ontstond er een gemeenschap.

Wivina krijgt de toelating om een klooster te stichten.

De gemeenschap rond Wivina bleef aangroeien waardoor zij genoodzaakt werd om aan Hertog Godfried III van Brabant een stuk grond te vragen.  In 1143 werd de priorij van Bijgaarden, onder de vleugels van de abdij van Affligem, gesticht.  Wivina kreeg er de leiding over als eerste priorin tot aan haar dood in 1170.

Wivina’s volgelingen.

De gemeenschap van Benedictinessen, geïnspireerd door het voorbeeld van haar stichteres, bleef aangroeien tot een zelfstandige abdij tot aan haar opheffing tijdens de Franse Revolutie.

foto’s:

wivinaprocessie

HEILIGE WIVINA

Wivina werd geboren in Oisy in het Franse departement Pas-de-Calais en was een dochter van Hugo II van Oisy. Ze zou een bevallig meisje zijn geweest, die door een zekere Richward ten huwelijk was gevraagd. Wivina had echter andere plannen met haar leven en wees hem af en deelde hem mee dat ze liever een leven kuisheid en in dienst van God wilde leven. Ze raadde hem aan hetzelfde te doen. Volgens de overlevering zou Richward vervolgens kluizenaar zijn geworden.

De sage vertelt vervolgens dat Wivina in het jaar 1127 het ouderlijke huis ontvluchtte, om samen met enkele gelijkgestemde zielen een kluizenaars bestaan te leiden in de bossen nabij Groot-Bijgaarden. Aldaar zouden ze enkele simpele kluizenaarswoningen gebouwd hebben. Hier hield ze er een uiterst strenge levenswijze op na. Daarnaast volgde ze een vegetarisch dieet.

Tijdens een reis zou ze gebeden hebben bij het licht van een kaars. Deze zou zijn uitgegaan en op wonderlijke wijze uit zichzelf terug vlam hebben gevat. Een andere anekdote uit de sage is de volgende: “Op een dag bracht de duivel een bezoek aan de abdij van Bijgaarden. Aldaar zou deze aan een zuster hebben opgebiecht dat ie nergens in de christenwereld zulke moeilijke karwij had dan aan Wivina en haar gezellin Emwara. Daar beide uitblonken in religieuze deugd.”

In 1143 stichtte ze samen met hertog Godfried III van Leuven het klooster van Groot-Bijgaarden, waarvan zij de eerste abdis werd. Wivina zou aldaar zijn overleden op 17 december 1170, volgens bepaalde bronnen zou Emwara haar hebben opgevolgd als abdis.

In 1796 werden haar beenderen overgebracht naar de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Zavelkerk te Brussel. Zowel daar als in de abdij van Bijgaarden (die naar haar vernoemd werd: de Sint-Wivina-abdij) wordt ze nog steeds druk vereerd.

Zij is de patrones tegen keelpijn bij de mensen en tegen ziekten van het vee. Ze wordt vaak afgebeeld in kloosterhabijt, met in de ene hand een staf (dit duidt erop dat zij abdis is geweest) en in de andere hand een brandende kaars (die soms door een engel wordt ontstoken). Haar naamdag is op 17 december.

heilige Wivina       heilige Wivina 2      IMG_0975

beeld van de heilige Wivina in de Sint-Egidiuskerk van Groot-Bijgaarden

OP BEEWEG (BEDEVAART) NAAR SINT-WIVINA

Laat de leerlingen luisteren naar dit audiofragment. De dialoog is ingesproken in het Beugoems dialect door Piet Verhasselt en Luk Zelderloo.

Tekst dialoog

x Hewel Piet! Is dat niet wat vroeg om nu al met een zonnebril rond te lopen? ’t Is nog geen zomer hé.

y Zwijg ervan, jong! ‘k Zit weeral met “nen brand op mijn ogen”. ‘k Ben daar toch zo week aan.  En pikken dat mijn ogen dan doen … en ik kan bijna geen licht verdragen.

x En hebt ge dan geen zalfke of zo om in uw ogen te doen?

y Ja, ‘k heb daar van de apotheker iets gekregen, maar eerlijk gezegd, veel winst heb ik daar toch niet mee. ’t Beste is nog, vind ik, uw ogen uitwassen met lauw water waarin da ge kamillebloemekes hebt laten trekken.  Da’s nog een oude remedie die ik eens van Philomeen van Jef Michiels gekregen heb en ik moet zeggen: dat helpt.

x Of nekeer op beeweg gaan naar Sint-Wivina, dat kan ook helpen.

y Sint-Wivina? ‘k Heb van ons moeder altijd horen zeggen dat ge voor d’ogen bij Sint-Alena in Dilbeek moest zijn!

x Dat kan wel zijn. Maar de heilige Wivina is ook goed voor d’ogen hé! En voor veel andere dingen ook nog.

y Ik heb altijd gepeinsd dat ge bij Sint-Wivina moest zijn voor de keelpijn …

x Ook. Zie, ik heb hier nog een litanie van de heilige Wivina, ‘k heb die nog gevonden in een ouwe missaal. En nu moet ge eens goed luisteren, waarvoor dat mens allemaal aanroepen wordt: tegen fleures, tegen koortsen, oogpijn, keelpijn, kroep, gezwellen, zweren, alsook tegen alle veeziekten.

y Amai, dat kan tellen! Die moet niet veel zonder werk geweest zijn.

x Nee, nee.  Ik weet nog goed dat, toen ik nog een kind was, onze vader of ons moeder met mij de eerste zondag van de maand mei te voet naar ’t kapelleken van Sint-Wivina in Bijgaarden trokken, om daar de beeweg te doen. Den dreef voor ’t klooster van de Broeders zag dan zwart van ’t volk. Ja, en vanuit Bodegem was dat maar een stapke : ge gaat de Meir door, Wolsem door en ge waart er.  En als we dan weerkwamen, dan gingen we bij de Witten Boer altijd iets drinken: onze vader of ons moeder een kleintje geus en ik nen Orangeade!

y En hebt gij dan nooit last gehad van uw ogen?

x Ik? Van mijn ogen? Nooit!

y Hewel, dan zullen we, als ’t wat beter weer wordt, gelijk ne keer op beeweg gaan naar Sint-Wivina.

x Da’s een goed gedacht.  Alleen spijtig dat de Witten Boer er niet meer is.  Maar allé, da kleintje geus, dat kunnen we bij Wiske Stella ook nog gaan drinken!

Tips voor de leerkrachten:

  1. De leerlingen kunnen deze dialoog naspelen (eventueel een andere ziekte verzinnen). Ze mogen hierbij dialect praten.
  2. De leerlingen zoeken naar andere patroonheiligen en de ziekten/pijnen/kwalen waarvoor zij aanbeden worden. bv de heilige Alena wordt aanroepen tegen tandpijn en oogziekten.
  3. Misschien hebben de leerlingen nog grootouders die vroeger ook op bedevaart geweest zijn. De leerlingen kunnen hun verhalen opschrijven.